Sevilla is een overzichtelijke stad die uiteenvalt in vier grote wijken. El Arenal dat begrenst wordt door de rivier Guadalquivir was vroeger een munitieopslagplaats en thuis van scheepswerven. De meeste bezienswaardigheden liggen hier dicht bij elkaar, enkel het Museo de Bellas Artes ligt wat afgelegen en is niet met de tram bereikbaar. De metro is trouwens nog in volle aanleg en er komen de volgende jaren nog lijnen bij. Het Plaza de Torres de la Maestranza (metro Prado de San Sebastian) is de mooiste arena van Spanje waar nog stierengevechten worden gehouden. Ook als je tegenstander bent van stierengevechten is deze arena een bezoek waard. Je kan er een rondleiding volgen en het museum bezoeken. Het bekendste bouwwerk in dit stadsdeel is ongetwijfeld de Torre del Oro (metro Plaza de Cuba). De gouden toren maakte deel uit van de verdedigingsmuur die de stad verbond met het Real Alcazar. De toren deed vroeger dienst als gevangenis, kapel en opslagplaats. Nu is er een maritiem museum gevestigd. La Macarena is het noordelijke deel van Sevilla. Hier zijn veel kerken, torens en kloosters te vinden, alsook een deel van de oude verdedigingsmuren (Murellas). Hoewel dit stadsdeel gezellig is om in rond te wandelen zijn hier enkel kleine bezienswaardigheden voor wie veel tijd heeft.
Het mooiste deel van Sevilla is zonder twijfel Santa Cruz. Veel bekende stadsgezichten zijn hier te vinden. De kathedraal van Sevilla en zijn bekend klokkentoren La Giralda (metro Prado de San Sebastian) zijn een mooi voorbeeld van hoe verschillende bouwstijlen samenkomen. De christelijke kathedraal werd gebouwd op de plaats waar eerst een moskee heeft gestaan, de toren is een overblijfsel van dit Moorse bouwwerk. Ook de Patio de los Naranjos is uit die periode overgebleven. In de kerk ligt de graftombe van Columbus. De gotische kerk heeft prachtige portieken en ook in de sacristie valt er veel te bewonderen. Om het Casa de Pilatos te bereiken moet u door een wirwar van straatjes, maar het resultaat loont de moeite. Architecturaal gezien is dit gebouw één van de mooiste van Sevilla. Het bestaat uit een mengelmoes van stijlen. Elke eigenaar heeft er iets nieuws aan toegevoegd. Voor prachtige fresco's moet u bij het Hospital de los Venerables (tram Archivo de Indias) zijn. Dit voormalige rusthuis voor priesters ligt rond een centrale patio en wordt voornamelijk als tentoonstellingsruimte gebruikt. Er zijn aparte rondleidingen mogelijk. De grote blikvanger in Santa Cruz is zonder twijfel het Real Alcazar. Deze koninklijke residentie werd door latere koningen steeds verfraaid met schitterende patio's in mudéjarstijl. Het complex wordt omringd door prachtige tuinen en kan de concurrentie met het Alhambra in Granada zeker aan. Het ligt vlakbij het Hospital de los Venerables.
Parque Maria Luisa (metro Prado de San Sebastian) is een uitgestrekt park dat het grootste deel van de gelijknamige wijk inneemt. In het park staan enkele bijzondere bouwwerken, waaronder het Plaza de España, een halfrond plein met een diameter van 200 meter waarrond je 48 banken kan terugvinden die de 48 Spaanse provincies vertegenwoordigen. In het Museo Arquelogico zijn veel vondsten uit het Romeinse Italica terug te vinden. Er zijn ook artefacten van de prehistorie en Arabische kunst te zien. Tegenover het archeologisch museum bevindt zich het Museo de Artes y Costumbres Populares dat het leven en werk van vroeger in de verf zet. Het museum in mudéjarstijl is indrukwekkender dan de inhoud. Het Palacio de San Telmo (tram Puerta Jerez) wordt wel eens bestempeld als het mooiste voorbeeld van de barokke architectuur in Sevilla. De regionale regering van Andalusië heeft er zijn intrek genomen, waardoor het niet toegankelijk is voor het publiek. Er ligt nog een deel van Sevilla over de rivier. De prachtige Alamillobrug zorgt voor de overgang. Vlak aan het water ligt Isla Magica, het lokale pretpark dat ontstaan is op de grond van Expo'92. Het park is misschien geen echte hoogvlieger bij gebrek aan goede achtbanen. Toch zijn er talrijke waterattracties die het warme weer wat draaglijker maken en is het hele park knap gethematiseerd. Een laatste attractie op de rechteroever is het Monasterio de Santa Maria de las Cuevas. Dit enorme kloostercomplex uit de 15de eeuw heeft een prachtige kapel en een spookachtige kapittelzaal met grafkelder. Er is een mudéjarkloostergang van marmer en er wordt moderne kunst tentoongesteld.
Rondom Sevilla zijn er verschillende steden het bezoeken waard. De meesten zijn goed bereikbaar per trein. De bruisende havenstad Malaga kan een goede uitvalsbasis zijn. Het is de op één na grootste stad van Andalusië en is vooral bekend om zijn goede wijn en zijn familiestranden . De oude stad in het centrum van Malaga ligt rond de half voltooide kathedraal La Manquita. Als je de geschiedenis van Malaga wil opsnuiven, moet je naar het Alcazaba dat bestaat uit ruïnes van een voormalig fort. Oorspronkelijk werd het fort door de Romeinen gebouwd, later werd het door de Moren gerestaureerd. Het is het best bewaarde fort van Spanje. In het bijhorende museum kan je een collectie Romeins beeldhouwwerk bewonderen. Net naast de ingang van het Alcazaba liggen de ruïnes van een Romeins amfitheater. Als je van een stevige wandeling bergop houdt kan je vanaf het Alcazaba een steil paadje volgen naar het Castillo de Gibralfaro. Onderweg naar dit Moors kasteel passeer je prachtige tuinen. Picasso is geboren in Malaga en heeft hier zijn eigen museum. Het Museo de Picasso geeft een uitgebreid overzicht van de verschillende periodes die Picasso doorlopen heeft. Bezoek ook zeker de kerk Santa Maria de la Victoria met zijn prachtig interieur. Zo'n 4 km noordwaarts uit het centrum kan je met bus 61 de Jardin de la Conception bezoeken, één van de grootste botanische tuinen van Europa met meer dan 160 verschillende planten en bomen. Op een kwartier rijden met de wagen, dicht bij Torremolinos, ligt nog het kleine pretpark Tivoli World.
Cordoba ligt met de trein een uur verwijderd van Malaga. De architectuur van de stad is overwegend Moors met als belangrijkste exponent het Mezquita. Deze grote moskee behoort tot één van de meesterwerken van de islamitische kunst. Het gebouw is architectonisch een samengaan van christelijke en Moorse invloeden. Meer dan 850 zuilen van graniet en marmer dragen het dak, wat een duizelingwekkende aanblik oplevert. Vanuit de 93 meter hoge klokkentoren kan je de stad bewonderen. In de Joodse wijk of Juderia, een labyrint van nauwe straatjes, vind je de Sinagoga de Cordoba in mudéjarstijl. Er zijn er nog maar drie over in Spanje, waarvan twee in Toledo. Vlakbij ligt het Casa Andalusi, een knap gerestaureerd Andalusisch huis met authentieke elementen. Aan de rivier Guadalquivir bevindt zich het Alcazar de los Reyes Cristianos, een koninklijk gotisch kasteel met sterke verdedigingsmuren. Buiten kan je vertoeven in prachtige tuinen met vijvers en fonteinen. Achter de muren bevindt zich een collectie Romeinse mozaïeken en baden. Wat verder de rivier naar beneden volgend, vinden we het Parque Zoologico de Cordoba waarbij de focus ligt op dieren van Andalusische oorsprong, maar er zijn zeker ook dieren uit Afrika. Recht over de dierentuin, ligt de Jardin Botanico. Deze tuinen van wel 5,5 hectaren zijn prachtig gelegen aan de rivier en hebben een grote collectie planten en bloemen. Pal in het centrum van de stad ligt het Palacio de Viana, dat behoort tot de nationale monumenten van Spanje. De geschiedenis en traditie van het paleis sluiten nauw aan bij die van de stad. Binnen kan men zien hoe de hogere klasse vroeger leefde. De publiekstrekkers zijn de twaalf indrukwekkende patio's en de sfeervolle 18de-eeuwse tuin. Als je de stad door wandelt, zijn er nog heel wat overblijfselen van de Romeinen te zien, waaronder een tempel en een mausoleum. Wandel ook zeker door de Calle de las Flores of bloemenstaat die op alle postkaarten staat afgebeeld.
Vanuit Malaga kun je met de bus en de trein naar Granada. De bus lijkt de snelste optie met anderhalf uur reistijd (http://www.lovegranada.com/transport/malaga-granada/). Granada is een van oorsprong Moorse stad die tussen de heuvels ligt. Het Alhambra domineert het panorama van de stad. Het is een van de mooiste Moorse bouwwerken en bestaat uit een fort, paleizen en betoverende tuinen (Generalife). Het is heerlijk vertoeven in de paradijselijke oase met tal van tuinhoekjes, vijvers, patio's en tuinen. De hoogtepunten van het Alhambra zijn het Mexuar, het oudste gedeelte, de patio met de indrukwekkende leeuwenfontein en het renaissancepaleis van Karel V. Door de enorme toeloop is vooraf boeken wel aangeraden. Albayzin is de oude Arabische wijk in Granada waar je middeleeuwse Moorse woonhuizen kan gaan bekijken. De huizen hebben allemaal een sfeervolle binnenkoer met fontein en groen. In dit stadsdeel bevinden zich tal van bezienswaardigheden, waaronder het Palacio de Dar-al-Horra (prachtig Moors paleis uit de 15de eeuw dat nu deel uitmaakt van het Santa Isabel la Realklooster), de Puerta de las Murellas (vier versterkte poorten van het vroegere fort van Albayzin) en El Banuelo (oud badhuis van Romeinse oorsprong gerestaureerd door de Moren). De Catedral de Santa Maria de la Encarnacion is een grote kathedraal, waarvan een groot deel verborgen blijft door de omliggende gebouwen. Ze ligt in het centrum van de stad, dateert van 1521 en is een meesterwerk van renaissance-architectuur. De Capilla Real is een indrukwekkend gebouw vlak naast de kathedraal. Deze koninklijke kapel was oorspronkelijk bedoeld als grafkapel voor mensen van adel. Je kunt dagelijks de graven bezoeken. Bezoek ook zeker Sacramonte, de wijk grenzend aan Albayzin die zijn naam heeft ontleend aan de plaatselijke abdij. Hier woonden vroeger de Spaanse zigeuners in grotwoningen die ze uit de hellingen van de heuvel hakten. Granada ligt ook vlak bij de Sierra Nevada met zijn prachtige natuur.
Sevilla ligt op twee uur met de trein van Malaga, maar een daguitstap naar Gibraltar is echt voor doorzetters. Een georganiseerde busrit duurt twee à drie uur naar gelang hoeveel stops er worden gedaan langs alle hotels. Toch zijn veel mensen lovend over dit dagje uit. Gibraltar is een Engelse kolonie sinds 1704 en jaarlijks komen zo'n vier miljoen mensen langs om dit stukje Engeland dat tegen Andalusië zit aangeplakt te bezoeken. Je vindt er pubs, fish and chips en kan er betalen met Britse Pond. Er zijn ook talrijke attracties zoals walvis- en dolfijn sightseeing, het wisselen van de wacht en een kabelbaan die van het stadscentrum naar de Top of the Rock (met 450 meter het hoogste punt van Gibraltar) gaat. U kan ook de grotten en tunnels bezoeken die in de Tweede Wereldoorlog werden gebruikt als soldatenbarakken en militair hospitaal. Er staat een Moors kasteel waarvan een deel (The Keep) nog steeds als gevangenis wordt gebruikt. De topattractie is echter Apes' Den, een domein dat wordt geregeerd door staartloze apen. Men zegt dat de Engelsen de rots net zo lang behouden als er apen zullen zijn.
Andalusië is een prachtig gebied om te verkennen, maar vereist een zeker mate van planning. Treinen rijden sporadisch en de bus wordt vaak als alternatief achter de hand gehouden. Sommige steden hebben geen uitgebreid tram- of metronetwerk, maar de meeste bezienswaardigheden zijn met een goede wandeling te combineren. Er is in ieder geval genoeg te doen om een geslaagde vakantie te garanderen.